Terug

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Stekelig

Binnen is het zeventien graden. De buitenthermometer staat op zestien! Gisteren was het de langste dag van het jaar. Ik wil zomer!

Mijn zus mailt dat het heet is en dat ze zo naar het strand gaat. Ja, zij zit op Kreta. En ik? Ik word er kribbig en stekelig van. Dus duik ik mijn kas in, waar al mijn cactussen stekelig zijn, dan valt het bij mij niet zo op.

Het is er onverwacht warm. Zesentwintig graden! Heerlijk, zeg!

Op de cactusclub, waar ik lid van ben (officieel heet het succulentenvereniging, maar ik heb nu eenmaal uitsluitend cactussen en geen vetplanten, dus noem ik het cactusclub), vertelden ze me dat ik regelmatig moet luchten. Ramen en deur open dus. En dat wil ik eigenlijk niet. Al zal frisse lucht goed zijn, het wordt er ook meteen een stuk frisser van. Toch doe ik vandaag wat ze zeiden en inderdaad, binnen twee minuten is de temperatuur al drie graden gezakt! Zaten mijn stekelplanten daar nou echt op te wachten? Ik niet in elk geval.

Omdat ik onlangs wat stekjes heb gekregen, ben ik een poosje bezig met verpotten, maar als ik klaar ben, laat ik me tevreden in de stoel vallen om van alles te genieten. Sommige cactussen bloeien. In diverse kleuren: roze, rood, wit en vandaag zelfs knalgeel.

Ondertussen blijkt de temperatuur tot negentien graden gedaald te zijn, maar juist als ik op wil staan om de ramen te sluiten, hoor ik een wild gezoem. Dat is natuurlijk het voordeel van geopende ramen en deur: insecten kunnen vrij naar binnen vliegen. En daarvan is het voordeel dat ze mijn cactussen zouden kunnen bestuiven, zodat ik zaadjes krijg.

Het is een dikke hommel die zoekend door mijn kasje vliegt en pardoes in een web terechtkomt. Het gezoem houdt meteen op en hij fladdert zielig in de lucht. Als ik overeind kom om hem te bevrijden, doet hij dat zelf al. Duidelijk geïrriteerd en met zijn ene stekel overeind vliegt hij van ruit naar ruit om ten slotte op een van de snuisterijtjes die mijn kas sieren te gaan zitten. Ik zucht. Bloemetjes genoeg. Waarom moet hij nu net voor zoiets kiezen? Maar meteen schaam ik me ook. Het arme beestje moet zichzelf eerst schoonpoetsen. Hij zit immers onder de spinnendraden! Met zijn voorpootjes neemt hij zijn vleugels onder handen, dan zijn snuitje en daarna met zijn achterpootjes zijn oranje achterlijf. Hij is er druk mee en het vertedert me. Logisch dat hij daar ging zitten. Cactussen nodigen natuurlijk niet echt uit, al zou hij wel terug kunnen prikken. Ik hoop dat hij tijdens het poetsen ruikt dat hier speciale bloemen bloeien en dat er voor hem wat te halen valt.

Zeker is dat hij tijdens de schoonmaak gezien heeft waar de open deur is, want zodra hij klaar is, vliegt hij op en is binnen een tel verdwenen.

Ze zeggen wel dat een baasje op zijn hond gaat lijken. Ik voel dat dat – zeker vandaag – met cactussen ook zo is!

 

22 juni 2010

 

Terug